Ook op het werk
De dood werkt altijd als een spiegel. Als het leven van een ander ophoudt, worden we weer keihard met de neus op de feiten gedrukt: ook ík ben sterfelijk, ook míjn leven is eindig. De spiegel van de dood laat ons letterlijk reflecteren over ons eigen leven, en in het licht van de dood van een ander tekenen zich de contouren af van wat er werkelijk toe doet in ons eigen leven.
De dood als happy end
De wetenschap dat er een toekomst is zonder ons, dat alles wat je op dit moment bent, ervaart, denkt, ziet en voelt ooit stopt, is haast onvoorstelbaar. Net als het besef dat je iedereen om je heen kunt verliezen. Een (bijna) onverteerbaar gegeven, vind ik. De notie van sterfelijkheid is misschien wel de grootste vloek die we als mens moeten dragen. Aan de andere kant: stel je eens het eeuwig leven voor. Niet in een hiernamaals, maar gewoon hier op deze aardkloot. In ‘de ballade van de dood’ schetst Harrie Jekkers hoe het ons zou vergaan, met de terugkeer van de dood als ‘happy end’ 😉
Zin geven aan je leven
Het is misschien wat te rooskleurig om ons bewustzijn van onze eindigheid als een zegen te zien, maar we kunnen er wel degelijk een positieve draai aan geven. Juist omdát we niet het eeuwige leven hebben, voelen we de diepe wens om ons leven betekenis te geven. Om onze talenten te gebruiken, om tijd te maken voor vriendschap en liefde, om een klein stempeltje te drukken op deze wereld. Iedereen heeft de behoefte om zich bevestigd te voelen in zijn bestaan. Of dat nou door een god is of door een ander mens. En daar raakt de spiegel van de dood ook aan de context van het werk.
De dood als spiegel op het werk
Twee weken geleden zat ik samen met twee vriendinnen te genieten van een overheerlijke high tea, en meer nog van de gesprekken die we voerden. Elk jaar komen we minstens één keer bij elkaar om te praten, te luisteren, te lachen en soms te huilen. Het is inmiddels meer dan 25 jaar geleden dat we een studentenunit deelden, en de vriendschap die daaruit is voortgevloeid, is er een voor het leven. We hebben elkaars diepste dalen en mooiste momenten gedeeld. En zoals in elk leven, zijn dat er heel wat: verliefdheid, trouwerijen, geboorte van de kinderen, verlies van ouders, reizen, angsten, twijfels, keuzes. Natuurlijk vertelde ik over mijn nieuwe bedrijf. En toen vertelde een van mijn vriendinnen iets wat me erg raakte en waarover ik meteen dacht: dát moet ik delen.
Zij werkt als arts bij een grote organisatie. Kortgeleden was er een collega na een kort ziekbed overleden. Er waren heel wat directe collega’s op de begrafenis. Een paar weken later vond een van de jaarlijkse plenaire bijeenkomsten plaats, met zo’n 300 werknemers uit de hele regio. Gewoon, zo’n dag waarop iedereen weer even met de neuzen dezelfde kant op wordt gezet. Op de agenda stonden de geijkte punten. Niets over de overleden collega. ‘Er zal buiten de agenda om wel aandacht aan besteed worden’, dacht mijn vriendin. Geen woord bij de dagopening. Geen enkele verwijzing in de vorm van een foto of even stilte. De dag vorderde. Meerdere collega’s waren in afwachting van het moment waarop er samen zou worden stilgestaan bij het recente verlies. Aan het einde van de dag dan? Nee. Niets. Ik zag de ontzetting in haar ogen. Iedereen werd naar huis gestuurd zonder dat er ook maar íets was gedaan of gezegd. Natuurlijk heeft mijn vriendin de organisatie erop aangesproken, naderhand. Hun reactie: “het paste niet bij de onderwerpen van de dag. En zij was zo’n bescheiden persoon, ze zou die aandacht vast niet gewild hebben”. Mijn vriendin was met stomheid geslagen: wát een drogredenen, wat erg als je zó denkt als organisatie. En toen stelde ze de vraag die in het verlengde ligt van wat er gebeurde, of liever gezegd níet gebeurde:
“wat zouden ze hebben gedaan als ÍK het was geweest?”
Hier toont zich in alle eenvoud en oprechtheid een tweede spiegelkracht van de dood. De spiegelkracht binnen de werkomgeving. De manier waarop leidinggevenden of werkgever omgaan met het verlies van een medewerker, staat niet op zichzelf. Het straalt door naar alle mensen die bij jou werken. Bevestig je iemand in zijn bestaan voor jouw bedrijf of organisatie, of laat je deze kans liggen? Wil je je medewerkers aan je binden of laat je ze naar huis gaan met het gevoel dat ze er niet toe doen?
Terugwerkende én vooruitwerkende kracht
In veel bedrijven worden de feestelijke momenten goed samen gevierd. Iedereen weet dat dat bijdraagt aan het gevoel van gezamenlijkheid en trots, aan motivatie en betrokkenheid. De bloemen en de bonus als je een jubileum bereikt, de nieuwsjaarsborrel, het zoveeljarig bestaan of het behalen van een succes. Mijn wens voor het nieuwe jaar is: sta ook waarachtig stil bij moeilijke momenten. En mocht het op je pad komen in 2018: ga niet snel voorbij aan het verlies van een collega, hoe onmachtig je je ook voelt in zo’n situatie. Het maakt niet uit hóe, maar zeg iets, doe iets. Ook een maand later, of twee of drie, als er dan toevallig een bijeenkomst is. Alles beter dan zwijgen, ontkennen, voorbijgaan aan de spiegelkracht van de dood. Als je dit erkent, doe je recht aan het (werkend) bestaan van je medewerkers. Met terugwerkende kracht aan het leven van de overleden medewerker en met vooruitwerkende kracht aan al je medewerkers, die je op zo’n moment laat ervaren dat zij van betekenis zijn.
2 januari 2018